Wie is Bart Gaell?
“Geboren in Noordwijkerhout, ben ik opgegroeid in Capelle aan de IJssel en ik heb daar gevoetbald bij VV Capelle. Na de middelbare school heb ik eerst één jaar in Nieuw-Zeeland gezeten, daarna zeven jaar lang psychologie in Utrecht gestudeerd met als specialisatie jeugd, gezin en levensloop. In de laatste twee jaar van mijn studie heb ik ook een aantal bijvakken in de sport gevolgd, omdat ik later in mijn werk zeker iets met mijn passie voor het voetbal wilde gaan doen. verder wilde ik absoluut iets met de jeugd gaan doen, daarom ben ik na mijn studie ook hard bezig geweest om een baan te vinden of te creëren waar ik al deze ambities in kwijt kon. Vervolgens ben ik eigenlijk al vrij snel hier bij VOC terechtgekomen.”
Hoe ben jij hier bij VOC verzeild geraakt?
“Mijn moeder kende via via Marc Bakker. Ik heb vervolgens een gesprek met hem gehad bij Rotterdam Topsport en Marc kwam toen al snel met VOC op de proppen. VOC bleek duidelijk anders dan andere clubs te zijn en ik was daarna dan ook snel over de streep getrokken om hier te komen werken.”
Wat hielden je werkzaamheden als jeugdcoördinator de afgelopen twee jaar in?
“Ik ben hier binnengekomen met de opdracht meer structuur aan te brengen in het jeugdbeleid. Het was op dat moment best revolutionair dat er bij VOC iemand betaald zou worden om aan jeugdbegeleiding te doen, normaal worden binnen de jeugd alleen de trainers betaald. Belangrijkste doel was uiteraard om de jeugd vast te houden bij VOC, zeker gezien de gigantische aanwas van onderaf. De vraag was dus, wat kun je nou voor die jongens doen zodat iedereen, de vereniging en de jongens zelf, daar later ook nog plezier aan zouden beleven. Toen ik hier binnenkwam draaide eigenlijk de hele jeugdafdeling op Piet van Schooneveld. Het spreekt voor zich dat ik grote bewondering heb voor alles wat die man betekent voor het jeugdvoetbal, maar wanneer het allemaal zo groot wordt dan glippen er natuurlijk wel eens wat zaken doorheen. Naast het in de gaten houden van het overall plaatje ben ik toen onder andere aan de slag gegaan met wat begeleiding van de jeugdtrainers en elftalleiders. Verder heb ik mij beziggehouden met de oudere jeugd vanaf de D-elftallen. Van Schooneveld neemt nog altijd de E- en de F-pupillen voor zijn rekening, wat zeer intensief werk is. Ik moet zeggen dat de samenwerking zoals die nu staat mij in ieder geval zeer goed bevalt.”
Waarom gaat het juist bij VOC zo goed met het jeugdvoetbal?
“Als je het negatief benadert kun je natuurlijk zeggen dat het komt doordat andere clubs gewoon een heleboel dingen fout doen. Positief benadert, bij VOC draait het voetbal nog gewoon om de sport voetbal en niet om allerlei dingen eromheen. Dus weinig gelazer op de velden en weinig ouders die zich misdragen, dat soort zaken trekt toch veel ouders aan. Zij vinden voetbal vaak een leuke sport om te beoefenen voor hun zoon of dochter, want daar hebben we er inmiddels ook een aantal van rondlopen, maar die willen dan wel dat alles in goede banen geleid wordt. Hun kind moet niet terechtkomen bij een club waar ze bijvoorbeeld op het trainingsveld worden uitgescholden en ze bij wijze van spreken alleen maar wat rondjes moeten lopen op de training. Ik denk ook dat dit een punt is waarop wij ons onderscheiden, want wij hebben steeds betere trainers gekregen en met name dit jaar hebben we weer een grote stap voorwaarts gezet. Je merkt ook dat de jeugd daar enorm op reageert, zo zijn de trainingsopkomsten zeer hoog, ook bij de oudere jeugd. Met de C-, D- E-jeugd zijn we in één jaar zelfs van één naar twee keer trainen in de week gegaan, maar de opkomst is nog altijd hoger dan voorgaande jaren. Dan weet je dat je iets goed doet.”
Speelt VOC 1 over tien jaar in de eerste klasse?
“We gaan ongetwijfeld beter worden met de jeugd, maar er zijn genoeg voorbeelden van andere clubs met een fantastische jeugd waarvan het eerste elftal toch gewoon in de derde of in de vierde klasse speelt. Maar dat vind ik ook zeker niet het belangrijkste, het belangrijkste is dat iedereen zich thuis voelt en een uitdaging voor zichzelf heeft op de club. Als je dat bereikt dan doe je het gewoon verschrikkelijk goed en ik ben er eigenlijk wel van overtuigd dat we dat ook gaan bereiken. De laatste tijd gaan we in ieder geval met grote stappen vooruit en dit proces kan over een paar jaar weer een nieuwe impuls krijgen door het nieuwe complex. Met al deze ontwikkelingen in gang zeg ik altijd maar dat VOC het voorbeeld kan worden van hoe een moderne amateursportvereniging eruit kan zien.”
Ga jij je nog op andere zaken richten binnen VOC dan alleen het jeugdvoetbal?
“Binnen VOC is er een heleboel potentie aanwezig om met vrijwilligers zaken voor elkaar te krijgen, alleen je moet dan wel de juiste kanalen kennen en de juiste toon om mensen aan te spreken. Juist op die laatste punten valt er nog wel het één en ander te verbeteren. Er loopt een aantal mensen rond dat heel goed weet wie ze eventueel zouden moeten vragen als vrijwilliger. Als dat soort mensen zou samenwerken, dan heb je een enorme potentie om goede vrijwilligers te krijgen. Nu hebben we natuurlijk ook goede vrijwilligers, in wezen is er ook geen sprake van een vrijwilligersprobleem. Alles op VOC komt goed voor elkaar, maar er is te weinig overzicht. Er zouden taakoverzichten voor die vrijwilligers moeten komen, zodat ze weten waaraan ze beginnen en waar ze verantwoordelijk voor zijn. Vrijwilligers zouden ook wat meer begeleid kunnen worden, om in ieder geval te voorkomen dat ze er alleen voor komen te staan”
Zijn er nog mensen nodig?
“Natuurlijk, zo zijn er bijvoorbeeld op het ogenblik nog hard scheidsrechters nodig voor de D- en C-wedstrijden. Ik heb inmiddels wel steeds meer jonge senioren bereid gevonden om eens in de vijf á zes weken iets te doen op de zaterdag en iedereen die er aan begint geniet er met volle teugen van. Dus ook al ben je niet direct betrokken bij het jeugdvoetbal, kom eens langs op de zaterdagmorgen, want het is zo’n groot en positief stuk van de vereniging. Het is hier dan zo gigantisch druk en er zijn zoveel mensen die er heel veel plezier aan beleven, het is gewoon leuk om daar bij te horen en daar iets voor te betekenen.”
Tenslotte. gaat Bart Gaell nog cricketen deze zomer?
“Helaas, maar ik heb het nog niet zo op cricketen. Al moet ik zeggen dat ik toen ik hier van de zomer een paar keer kwam de hele sfeer mij wel aansprak. Ik heb ook respect gekregen voor de sport cricket, het heeft zonder meer iets. Maar voor mij?....”
Jan Jaap de Jong